maandag 26 november 2012

Goudvink met een zilveren vlucht

Goudvink (Pyrrhula pyrrhula, Bullfinch)

 Ze noemen je Goudvink
Maar je bent mooier dan je naam
Jouw kleurenpalet is eenvoudig
Maar je straalt uitbundig
als de zon haar stralen over je strooit

Als het schijnsel je aanraakt
Wordt jouw zalm-oranje lijfje
Als de zon zelf, wanneer zij langzaam ondergaat

En als de zon je vleugels raakt
Terwijl je vliegt bij mij vandaan
Het zachte grijs slechts licht beroerd
Dan ben je mooier dan je naam.

26 november 2012 © Marianne Wustenhoff

woensdag 21 november 2012

Pareltjes van de herfst.


Oorspronkelijk geschreven op 12 november 2011 in Tsjechië. Met een paar kleine aanpassingen. Als opwarmertje voor een blogje over Tsjechië aankomende week.

Pareltjes van de herfst.

Vorige week een paar bijzondere pareltjes gezien in de tuin in Tsjechië. Eerst eentje die onder de noemer "lief, klein en schattig" valt. Wat mij betreft dan. Ik hoef er eigenlijk niet veel over te zeggen.
Kijk en geniet van deze pluizenbol, de Witkopstaartmees.

Witkopstaartmees (Aegithalos caudatus caudatus, White-Headed Long-Tailed Tit)

Witkopstaartmees (Aegithalos caudatus caudatus, White-Headed Long-Tailed Tit)

Witkopstaartmees (Aegithalos caudatus caudatus, White-Headed Long-Tailed Tit
Nog zo'n leuke meesje, wel is hij razend snel en zit nooit langer dan 1 seconde stil, staat hieronder.
Lastig voor de foto maar wel een uitdaging. Gelukkig kondigde hij zich elke keer luid roepend aan zodat ik alvast klaar zat om 'toe te slaan'. Voor de niet vogelkenners die deze blog lezen, deze mees dankt z'n naam aan zijn kapsel: de Kuifmees.

Kuifmees (Lophophanus cristatus, Crested tit)


Kuifmees (Lophophanus cristatus, Crested tit)
Ook een vaste bezoeker en één van de kleinere en vluggere meesjes: de Matkop.
Hij heeft een soort tweelingbroertje die Glanskop heet en die eigenlijk sprekend op hem lijkt waardoor ze dus erg lastig uit elkaar te houden zijn. De Glanskop heeft echter een klein licht vlekje op zijn ondersnavel dat diagnostisch is, maar dat is vaak heel moeilijk te zien in het veld als ze snel langsvliegen of ver weg zitten. Gelukkig is het roepje of liedje ook enigszins verschillend en zitten ze ieder in een andere biotoop. De Matkop roept zoiets als "pietje pè pè pè". Ik heb hem al heel vaak gehoord en gelukkig ook al bijna even zo vaak gezien. Nu liet hij zich ook nog weer een keertje op de foto zetten. Dat deze Matkop een licht vlekje op de snavel lijkt te hebben, komt doordat hij net iets had gegeten. Het is een restje zonnepit of iets dergelijks. Het vogeltje is wel degelijk een Matkop.

Matkop (Poecile montanus, Willow tit)

Matkop (Poecile montanus, Willow tit)
Dan nog de eerste Keepjes voor mij van dit najaar, de Keep is een vinkachtige die broedt in het hoge noorden en in de winter wat afzakt naar minder ijzige streken. De ervaring leert dat ze dol zijn op zonnebloempitten en die strooi ik veelvuldig in de herfst en winter. Met resultaat!

Keep (Fringilla montifringilla, Brambling)
En vanwege de mooie kleuren, de foto's van de Gaai en de Grote Bonte Specht. Wij nemen vaak walnoten mee voor de vogels, ze weten er allemaal wel raad mee maar de Gaai is de echte specialist!

Gaai (Garrulus glandarius, Jay)

Gaai (Garrulus glandarius, Jay)
Grote Bonte Specht (Dendrocopos major, Great spotted woodpecker)
Grote Bonte Specht (Dendrocopos major, Great spotted woodpecker)
Omdat de herfst momenteel in haar volle glorie is, wil ik ook nog aandacht schenken aan een paar paddenstoelen.
Die kunnen óók heel mooi zijn en bijzondere kleuren, vormen en/of textuur hebben. Sommige zijn fluweelachtig om te zien, andere zijn glad en glanzend, sommige zijn geribbeld, weer andere wasachtig en ga zo nog maar even door. De foto's zijn nog gemaakt voor mijn 'macro-tijdperk'. Even tuinieren of een betere plek of standpunt zoeken, kwam toen nog niet in mijn woordenboek voor. Vandaar de overvloedige hoeveelheid (storende) grassprietjes. Inmiddels weet ik beter, wat niet wil zeggen dat ik het nu beter kan. Vorig jaar ging het me vooral om de verschillende texturen en 'velletjes'.

Inktzwam spec. (Coprinus spec.)
Zwartwordende wasplaat (Hygrocybe conica)

Gewoon fluweelpootje (Flammulina velutipes)
Gewoon fluweelpootje (Flammulina velutipes)

Zo blijft er elk jaargetijde wel iets speciaals te vinden. En hoewel ik de korte en donkere dagen niet fijn vind, het gure en sombere weer van mij snel voorbij mag zijn en de herfst bepaald niet mijn favoriete seizoen is, heeft ze toch ook haar eigen charme. Haar warm geel-bruine en oranje-rode bomen, de struiken met zwarte, paarse en rode besjes, de nevelige ochtenden met dauw op de spinnenwebben en de zoetige geur van de afgevallen bladeren. Het Roodborstje dat toch nog zingt en je adem die wolkjes vormt op een koude dag. En een eenzame veer als herinnering aan een voorbij seizoen.

Pareltjes van de herfst (autumn pearls)
Schoonheid in de kleine pareltjes van de herfst.

zondag 18 november 2012

"Wat zwemt daar?"

Als dit stukje een ondertitel zou hebben, dan zou het "Een passie" zijn.
De titel echter van dit stukje is natuurlijk geïnspireerd op het alom bij vogelaars bekende boekje "Wat vliegt daar?". Voor velen de eerste gids in hun vogelaars bestaan. Ook bij mij staat het boekje in de kast, gekregen van mijn moeder toen wij van relatief 'normale' mensen, veranderden in vogelaars. Een kanttekening moet ik bij deze zin wel maken: mijn man is niet zo doorgeslagen als ik. Dat ik wel een beetje doorgeslagen ben vind ik zelf niet echt erg. Ik geniet van mijn hobby die eigenlijk een passie is. Een passie voor vogels. En daar ik in een polder woon met plas-dras, weiland en water, zijn water- en weidevogels een belangrijk deel van mijn dagelijkse natuurbeleving.

Uiteraard geniet ik net zoveel van de Vinkjes, Roodborstjes, Heggenmussen, Turkse tortels, Huismussen, Kool- en Pimpelmezen in de tuin en ook van de enorme groep Kauwen (die door de buurvrouw hardnekkig Kraaien worden genoemd), die in onze straat hun slaapplaats hebben. Oftewel, het maakt niet uit, zolang het maar vliegt of zwemt en bijkomend, fluit, roept of zingt.

Kauw (Corvus monedula, Jackclaw)
Terug naar de titel van dit stukje: "Wat zwemt daar?". Op deze, alweer, zonnige zondag sta ik op het punt om met scoop, kijker en camera de polder in te gaan als ik een sms van Paul krijg met de tekst: "Zwarte Zee-eend bij de recreatieplas". Even later krijg ik van Maria en Robert hetzelfde sms-je. Er was verzocht het bericht door te sturen en dát werkt. Het woord recreatieplas stelt me nog even voor een probleem. Bedoelen ze nu de Haarrijnse plas of bedoelen ze plas Breeveld bij Woerden? Het blijkt Woerden te zijn en dat is hooguit twintig minuutjes rijden op een zondag.

Met alle vogelkijkaccessoires in de auto draai ik niet rechts- maar linksaf richting Woerden want een Zwarte Zee-eend (je weet wel, die waarvan de vrouwtjes en juvenielen niet zwart zijn) in het binnenland is weer een bijzonderheid want zee is hier ver te zoeken.
Dus eerst naar Woerden toe en vervolgens lekker mijn eigen polder in.

Zwarte Zee-eend (Melanitta nigra, Common scoter)

Bij de plas staat een deel van de vaste groep vogelaars uit de regio al te kijken. Samen met mij komen er nog een paar bij. Mijn beste maatje, de telescoop, komt erg van pas bij de plas. De plas is groot, héél groot. De eend is ver weg, héél ver weg. En er is licht, véél licht. Eén minpuntje: het is tegenlicht.

"Wat zwemt daar?" Een stipje Zwarte Zee-eend in tegenlicht. Die Zwarte Zee-eend die overigens niet zwart is maar daarom door haar witte wangetje wel lekker opvalt. Gelukkig is er een mogelijkheid om een stukje langs de plas te lopen om de Zwarte Zee-eend in iets beter licht te zien. Iedereen maakt tegen beter weten in foto's. Allemaal bewijsplaatjes. Maar wel van de eerste Zwarte Zee-eend in onze regio. Knap gevonden door Nils en menig vogelaar is hem dankbaar. De Zwarte Zee-eend gaat ook nog even vliegen en dus maken we allemaal nog wat bewijsplaatjes. Klikkerdeklikkerdeklik hoor ik links, rechts, voor en achter me terwijl ik zelf ook sta te fotograferen. Zo gaat dat met doorgeslagen vogelaars.

Zwarte Zee-eend (Melanitta nigra, Common scoter)

Als de eend echt ver weg vliegt ga ik samen met Huib, Paul en Gert terug naar onze auto's. We rijden nog even naar de Ruigpootbuizerd bij Kockengen, ik kom er toch langs op weg naar polder Groot Mijdrecht. Ook hier komt de telescoop meer dan goed van pas, we moeten zelfs fors inzoomen om de Ruigpoot te ontdekken. Hier maken we geen bewijsplaatjes, dit beest is cameraschuw en zit op honderden meters afstand uit te buiken op de rand van een maisakker.

Ooit, in januari 2010, had ik het geluk om zelf een Ruigpootbuizerd te vinden tijdens een rondje polder. Deze zat toen heel mooi dichtbij en liet zich gewillig door mij vastleggen. Het was toen mijn eerste zelf ontdekte Ruigpoot en ik was er dolblij mee. En dan ook nog foto's..... Hieronder dus. Het mooiste vind ik de lichte iris van de Ruigpoot, hetgeen overigens duidelijk maakt dat het een jonge vogel betreft. Een eerste winterkleed noemen we dat. Er zijn natuurlijk nog meer kenmerken voor een eerste winterkleed. Bijvoorbeeld het donkerbruine buikschild. Het allerbelangrijkste waarom het een Ruigpootbuizerd is: de bevederde poten.

Ruigpootbuizerd (Buteo Lagopus, Rough-legged buzzard)

Ruigpootbuizerd (Buteo Lagopus, Rough-legged buzzard)


Inmiddels ben ik aardig afgedwaald maar zo gaat dat met een passie. Na de Ruigpoot van Kockengen reed ik door naar mijn polder. Natuurlijk heb ik even de Kolganzen bekeken en nog een ringetje afgelezen. YJV zwart. Geringd in 2010 en nu voor de 5e keer hier in de polder door mij afgelezen. Ze zijn echt plaatstrouw, die Kollen.
Vervolgens stopte ik bij de 'Grote Wije', een plas in de Botshol, naast de Vinkeveense plassen. Het eerste wat ik denk als ik de telescoop heb opgezet is, "Wat zwemt daar?" Een blik in de scoop tovert een brede grijns op mijn gezicht. Een Brillie! Brilduikers zijn zo leuk! Prachtige kleine eendjes die, de naam zegt het al, veelvuldig duiken en waarvan de mannetjes een gezichtje hebben met daarop lichte vlekken onder de goudgele ogen waardoor het lijkt of ze een leesbril dragen. De vrouwtjes zijn bruin met grijs van kleur maar hebben ook heel mooie oogjes.

Brilduiker vrouwtje

Brilduiker, man en 2 vrouwtjes ((Bucephala Glangula, Common Goldeneye)

Brilduikers kun je in de winter regelmatig én in behoorlijke aantallen zien. Het grappigste is het als ze gaan baltsen. Ze gooien dan constant hun kop achterover op hun rug. Vooral met zonneschijn zijn Brilduikers prachtig om te zien en knalt hun goudgele oogje eruit. In het Engels heten ze Common Goldeneye. Goudoog, dat is een passende naam. Ook van de Brilduikers heb ik archieffoto's al zijn ze niet helemaal scherp. Maar daarvoor heb ik een excuus, ik ben tenslotte in de eerste plaats een vogelaar ;-).

Brilduiker, man (Bucephala Glangula, Common Goldeneye)

Er zwemt nog meer op de plas, er vliegt nog meer door de lucht, er wandelt nog meer in het weiland en er zingt nog meer vanuit de struikjes. Als vogelaar kun je blijven kijken, luisteren en genieten van je passie. Ik ben een beetje erg doorgeslagen: ik schríjf er ook nog over. Met passie, dat dan weer wel.

Allemaal weer bedankt voor het lezen (tot het eind) en voor alle reacties op de vorige blogs.

zondag 11 november 2012

Fantastische zon-dag in de polder! Vogels kijken is geluk.

Terwijl de zon met haar stralen langs de bomen en velden streelt, rijd ik de polder in. Het is al wat later in de middag vanwege andere verplichtingen, maar van deze heerlijke zon-dag wil ik nog even buiten genieten.

In bijna elk slootje staat wel een reiger te wachten op een visje, kikker of ander lekkers.

Blauwe reiger (Ardea cinerea, Grey heron), archieffoto.
Blauwe reiger (Ardea cinerea, Grey heron), archieffoto.
Blauwe reigers wisselen de Grote zilverreigers af die extra opvallen omdat de herfstzon hun witte verenpak weerkaatst.
Grote zilverreiger (Casmerodius albus, Great white egret), archieffoto.
In de polder bij Wilnis hangt een Torenvalk te bidden en op heel wat paaltjes zitten Buizerds te genieten van het mooie weer of te wachten op iets lekkers.

Torenvalk (Falco tinnunculus, Kestrel), archieffoto.
Buizerd (Buteo buteo, Common buzzard), archieffoto.

Buizerd (Buteo buteo, Common buzzard), archieffoto.

Bij het 'Donkereindse bos', dat geen bos is maar een piepklein recreatieterreintje met een picknicktafel, een watertje en bomen en struikjes, buig ik even af. Hier staan veel elzen en ook bessenstruikjes. Meteen valt me een grote groep Vinken op. Zou er een Keepje bij zitten? Rustig wacht ik tot de groep ook weer tot rust is gekomen en opnieuw begint te foerageren. Met de verrekijker speur ik het groepje langs. Ja hoor, een Keepje foerageert tussen de Vinkjes. Wie van herfstkleuren houdt, sluit Keepjes en Vinkjes meteen in het hart. Het zijn gevleugelde herfstkleurtjes.

Keep (Fringilla montifringilla, Brambling), archieffoto.
Keep (Fringilla montifringilla, Brambling), archieffoto.
Vink (Fringilla coelebs, Chaffinch), archieffoto.
Na het Donkereindse bos rijd ik verder naar mijn eigen polder Groot Mijdrecht. Dat is maar een klein stukje want Wilnis en Mijdrecht grenzen aan elkaar. In de door de zon betoverde lucht zie ik grote groepen Kolganzen aankomen.
Snel doe ik mijn raam open om hun hoge geluid op te vangen dat hier zo thuishoort in de polder.
 '...de zang van vogels streelt mijn oor...'
De groep strijkt neer langs de Proostdijerdwarsweg. Meer dan 2000 Kolganzen gaan eten, drinken, badderen of even uitrusten. Voor mij dé gelegenheid om de groep af te speuren op halsringen.

Na de auto geparkeerd te hebben in de berm, speur ik met de telescoop langzaam de groep af. Al vrij snel zie ik een gans die hevig aan het poedelen en schudden is in een klein slootje. Hij heeft een zwarte halsring om met de code 5PT in witte letters. Voor zover ik me herinner, een voor mij nieuwe gans. Of dat klopt kan ik thuis opzoeken als ik de ringcode heb ingevoerd in www.geese.org. Dat is de website waar je afgelezen ganzenhalsringen kunt invoeren. Het leuke daarvan is, is dat je direct daarna een rapport kunt opvragen met de ring- en afleesgegevens. Hieronder zie je een deel van de gegevens zoals die worden weergegeven op www.geese.org. Op de site staan tevens plaats, datum en naam van alle aflezers gemeld maar die plaats ik uiteraard niet vanwege privacybescherming.

De ring- en afleesplaatsen van Kolgans 5PT, een mannetje uit 2011.
Deze Kolgans was voor de aflezing van vandaag voor het laatst afgelezen in april 2012 in Estland. Daarna is hij waarschijnlijk doorgevlogen naar zijn geboorte- en broedgebied in de poolcirkel. Nu is hij weer terug om te overwinteren bij ons, een slordige 4500-7000 km vliegen. En dat elk jaar twee keer en in veel gevallen heel wat jaren achter elkaar. Ongelooflijk vind ik dat.

Op een naastgelegen perceel lees ik nog een zwarte halsring af: YCS. Later blijkt dat deze gans begin dit jaar door mede-blogger Sjerp, en diverse collega ringlezers uit de buurt is afgelezen.

Hoe zo'n gehalsringde Kolgans eruit ziet kun je hieronder zien.

Gehalsringde Kolganzen (Anser albifrons, White fronted geese), archieffoto.

Ondertussen loopt de middag op zijn einde. De zon zakt al aardig en de temperatuur ook. Nogmaals scan ik met de telescoop de groep ganzen af. Ineens zie ik een zwart koppie met een zwart snaveltje en een zwarte hals met een wit bandje. Hé, leuk, een Rotje (Rotgans), zeg ik tegen mijzelf. Rotganzen zijn kustganzen en het is altijd leuk als je er in het binnenland een ziet. De Rotgans komt vervolgens wat verder omhoog uit de kant en tot mijn stomme verbazing zie ik dat het een Witbuikrotgans is. Ik kijk en kijk nog eens, pak mijn vogelgids die ik altijd in de auto heb liggen om zeker te weten dat ik niet aan het hallucineren ben. Maar het klopt echt, een heuse Witbuikrotgans loopt daar in 'mijn' polder. Een Witbuikrotgans is een zeldzame soort in Nederland maar in het binnenland is het helemaal super. Niet vogelaars zullen misschien het gevoel van euforie niet begrijpen dat vogelaars ervaren als ze zoiets zelf ontdekken, of bij gebrek aan beter, een door een ander ontdekte zeldzame vogel zien. Je vogelaarshart gaat sneller kloppen, de adrenaline stroomt door je lijf en een intens geluksgevoel verwarmt je. Mij toch.
Ik probeer de enorme afstand waarop de vogel zit te overbruggen met mijn lensje maar meer dan een mager bewijsplaatje levert het niet op. Toch plaats ik hem hieronder (rara, wie kan hem vinden?) met meteen daaronder een betere (archief)foto van een Witbuikrotgans.

Witbuikrotgans en Kolganzen. (Branta hrota, Pale-bellied Brent Goose & Anser albifrons,White fronted geese)
Witbuikrotgans (Branta hrota, Pale-bellied Brent Goose ), archieffoto.

Omdat het al zo laat in de middag is geef ik de waarneming via obbsmap op mijn mobiele telefoon direct door naar waarneming.nl. Misschien zijn er nog vogelaars in de polder die nog snel net voor het donker van deze speciale gans kunnen meegenieten. Helaas komt er terwijl ik nog een tijdje wacht, niemand opdagen. Peter, Frank en Robert, die ik beide zondagen hiervoor in de polder tegenkwam zijn er nu net vandaag niet. Mijn vogelmaatjes bellen heeft weinig zin. Ze moeten van te ver komen om nog bij voldoende licht de Witbuik te zien. Vooropgesteld dat de groep blijft zitten want dat weet je maar nooit. Er hoeft maar een boer het land in te lopen of een traumatisch helicoptertje over te komen en zo'n enorme groep ganzen vliegt op en weg.

De middag loopt op zijn einde en het wordt tijd voor mij om naar huis te gaan. Glimlachend kijk ik nog even over de weilanden naar de ganzen, de Smienten, de Reigers, de Meerkoeten en de Buizerds die op hun paaltjes de wacht houden over deze mooie polder. Mijn groene hart.

Terwijl de zon onder de wolken oranje-rood vlamt, rijd ik met een zeer voldaan gevoel naar huis.

Zonsondergang over Polder Groot Mijdrecht (Sunset over Polder "Groot Mijdrecht'), archieffoto.

vrijdag 9 november 2012

Om te pesten.....

Licht dat, weer, meer grauw en grijs is dan de vooruitzichten ons hadden doen geloven.
Ik vraag me wel eens af of die weermannen en -vrouwen die vooruitzichten mooier maken om ons te pesten. Ze voorzien zon, of toch op z'n minst een beetje, zodat jij als vogelaar of fotograaf er verlekkerd naar uit kijkt om de volgende dag te gaan vogelen of desgewenst te fotograferen. Of beide. De volgende dag kijk je uit het raam en krijgt onmiddellijk een 'pest'humeur want het is alweer grijs en grauw.
Dat je dan toch Pestvogels gaat kijken is niet zomaar. Die laat je die niet voorbij vliegen. Ze zijn leuk, mooi en goed voor je humeur.
Op naar Amstelveen, dichtbij, waar sinds twee dagen een groepje Pestvogels zit. Amstelveen is overigens niet de enige plaats waar momenteel Pestvogels in Nederland zitten. Door het hele land zitten groepen Pestvogels. Kleine groepjes, maar ook groepen van meer dan 100 exemplaren. Een heuse influx. En dat is leuk!

Pestvogel, adulte man (Bombycilla garrulus, Bohemian waxwing)
Even wat achtergrondinformatie: de Pestvogel komt van ver, heel ver. Ze broeden in het noordelijke deel van de Taigazone. Siberië en meer van dergelijke spannende en o zo koude streken. In de winter trekken ze zuidwaarts, in sommige jaren maar mondjesmaat tot in Nederland maar in andere jaren in enorme aantallen. Een echte invasievogel is het dan. De Pestvogel heeft ongeveer de grootte als een spreeuw en ook het vliegbeeld heeft daar wel iets van weg. Ze hebben een kenmerkend roepje dat ze vrijwel constant laten horen. Het klinkt enigszins als een helder rinkelend belletje maar eigenlijk kan ik het niet omschrijven. De Pestvogels van vandaag waren erg communicatief, je hoorde ze de hele tijd met elkaar bellen, 'wingfree' uiteraard. En zacht en lieflijk. Fijn om te horen.

Daarnaast zijn de Pestvogels erg aantrekkelijk om te zien. Met hun kuifje, hun felgele band langs de onderrand van hun staart, de gele baan over de vleugels en dan ook nog de mooie fijne rode lakvlekjes op de vleugel, is het een wonderbaarlijk palet van kleurtjes. Bezie dit tegen een roze-bruinbeige achtergrond van hun lijfje, de zwarte keel en wenkbrauw die wordt omzoomd door warm oranje-rood én het subtiele witte randje schuin langs het oog, en het feest is compleet.

Pestvogel, adulte man (Bombycilla garrulus, Bohemian waxwing)
De vrouwtjes hebben ook een rood lakvlekje maar dat is beduidend kleiner. De mannetjes hebben een duidelijk rood-oranje onderzijde van de staart en dat is ook aan de zijkant deels te zien.

Pestvogels foerageren op bessen. Favoriet zijn de bessen van de Gelderse roos maar ook Vuurdoorn, Meidoorn en andere besjes worden graag gegeten. Soms eten ze half rotte besjes of gaan de bessen gisten. De Pestvogels kunnen dan een soort dronken of vergiftigd worden en eventjes niet goed vliegen.

Een bijkomend voordeel van het feit dat Pestvogels zo ver uit het noorden komen is dat ze daar geen mensen kennen. Ze hebben dan ook niet de schuwheid die 'onze' vogels wel hebben tegenover mensen. Ze zijn dus redelijk goed te benaderen en te bekijken, alhoewel daar ook een nadeel aan zit: de kat doet daar zijn of haar voordeel duidelijk óók mee. Diverse kleine tijgers slopen rondom de bessenstruikjes en keken verlekkerd naar boven naar het groepje vogels. Die bleven gelukkig (of zou het zijn om de kat te pesten?) lekker in het boomtopje zitten.

Pestvogel, vrouwtje (Bombycilla garrulus, Bohemian waxwing)
Het is dus opletten geblazen, zowel voor de Pestvogels, als voor ons want ze kunnen overal opduiken waar bessen zijn. Houd je tuin, parkje en woonwijk dus goed in de gaten want het zijn prachtige, sociale en attractieve vogels.

Rest mij nog de naam van de Pestvogel te verklaren. Die naam stamt vanzelfsprekend uit de geschiedenis. De moeilijke lang vervlogen tijden waarin ons volk nog werd geteisterd door pestepidemieën. Het was uiteraard toeval dat er af en toe pestepidemieën uitbraken nadat een grote zwerm Pestvogels in de winter ons land had bezocht maar de mensen in die tijd wisten niet wat wij inmiddels over deze vogels weten. Voor hen waren het vreemde gekuifde bezoekers die hier anders nooit werden gezien. Een uitbraak van een pestepidemie werd daardoor gemakkelijk aan de komst van grote groepen Pestvogels geweten, mede doordat Pestvogels veelvuldig dorpen en steden bezochten om te foerageren.

Pestvogel, vrouwtje (Bombycilla garrulus, Bohemian waxwing)

Nu nog een serie met een mooi zonnetje en dan ben ik weer helemaal tevreden. Vandaag was het leuk met de Pestvogels, gezellige gesprekken met mede-vogelaars / fotografen en buurtbewoners die geïnteresseerd kwamen vragen wat we toch deden en zagen. Een aardige buurtbewoonster kwam de koukleumende vogelaars en fotografen koffie brengen, heerlijk. Als ze deze blog ooit leest: bedankt!

Ik sluit af met een laatste foto. Genomen in 'pest'licht maar vandaag was er niet anders en gelukkig kun je naderhand nog een hoop verbeteren als je je foto's ver- en bewerkt. Ik ben vandaag dan ook een blij mens. Omdat ik mag en kan genieten van al het moois dat rondvliegt en ons zomaar een verrassende visite brengt. Wat nou Pestvogels?!


Pestvogel, adult mannetje (Bombycilla garrulus, Bohemian waxwing)

dinsdag 6 november 2012

Herfst op landgoed Staverden

Net als een aantal andere bloggers zoals Yvonne, Cees, Maria, Loes, en Greet was ik ook mee met de herfstworkshop van Loulou. Mij was het vooral te doen om meer macrofotografie onder de knie te krijgen en landschapsfotografie. Als vogelaar zijn mijn onderwerpen uiteraard meestal vogels maar in magere vogelmaanden richt ik mij vooral op vlinders en libellen. Daarvoor had ik in de zomer een macrolens aangeschaft en die komt in de herfst natuurlijk ook van pas met paddenstoelen, mosjes, bladeren etc. Tot nu toe lukte dat niet echt goed en telkens gooide ik de foto's dan toch maar weg. Hoe doen Loes en Von dat toch, die prachtige plaatjes van paddenstoeltjes?
Aan de slag dus op de mooiste dag van oktober in de zon op Landgoed Staverden.

Uiteraard ontkom je er niet aan dat je een aantal dezelfde foto's hebt als je 'collegae', maar dat maakt het niet minder leuk. Hierdoor kun je bijvoorbeeld ook kleurverschillen zien door invloed van de gebruikte camera. Elk merk heeft zijn eigen 'ik'. Mijn foto's zijn gemaakt met de Canon 40d en de Canon 7d i.c.m. een Sigma macrolens 150 mm 2.8. Zelfs tussen de foto's van de 40d en de foto's van de 7d zit al een groot verschil in kleur. Kijk je bij Loes, dan zie je Sonyfoto's, Yvonne maakt haar foto's met een Nikon.

De eerste foto heb ik als naam 'schilderij' meegegeven. Oorspronkelijk was de foto andersom maar ik heb hem omgedraaid omdat het daardoor net een weerspiegeling van een treurwilg in het water leek. De foto heeft een hoog schilderij gehalte door de onscherpte van het wateren de bladeren. Grappig was om te zien dat Loes hetzelfde gedaan heeft met bijna dezelfde foto.

Schilderij
Verder zal ik diverse foto's plaatsen zonder al teveel te schrijven. Het is leuk dat je vooral ook door anderen op een andere manier leert kijken en wordt gewezen op hoe je iets het beste kunt fotograferen. Maria zag veel mooie paddenstoeltjes (en weet dan ook nog de namen en ook de namen van allemaal kleine plantjes en mosjes). Yvonne heeft me op de goede weg gezet voor wat betreft de mooie achtergronden en om zo'n piepklein 'iets' mooi in beeld te krijgen. Dat deed ze met een dauwdruppel op een grasstengel waarvoor ze op de grond lag, ik naast naar en Von gaf me de tips. Nogmaals heel erg bedankt, Von. De foto heb ik 'De druppel van Von' genoemd.

Hieronder oefenen met één bepaalde boom.





Hieronder een uitsnede van de foto hierboven in het kader van 'onscherp is het nieuwe scherp....'


Paar foto's van het landgoed zelf, best moeilijk met een macrolens.:



'De druppel van Von':


Verder nog diverse onderwerpen. De paddenstoelen en de mosjes vond ik nog wel lastig, het zijn dan ook geen goede, of zelfs gewoon slechte foto's. De Amethistzwam (de laatste foto), vond ik ook niet mooi genoeg gelukt. Bijna alle foto's weg gemikt. Duidelijk een scherptediepteprobleem en de achtergrond is weliswaar egaal maar wel héél saai van kleur. Ik zet de foto's er toch maar bij om te laten zien dat het soms gemakkelijker lijkt dan het is om mooie of goede foto's te maken. Op dit vlak van fotografie heb ik nog heel wat te leren! En, omdat iedereen bijna nooit helemaal tevreden is over zijn of haar eigen foto's.











Dit was een indruk van wat we gezien en gedaan hebben. Tenslotte nog twee foto's van mede-workshoppers. De lieve dame onder geniet zichtbaar van het buiten zijn, jammer dat de foto onscherp is. Maar ja, eigenlijk was het natuurlijk ook niet zo handig om deze foto's met een macrolens te maken.





Van Cees van G. kreeg ik een foto die hij van mij heeft gemaakt waarop ik in niet ergonomische houding 'iets' probeer te fotograferen. Het maakt mij in elk geval duidelijk waarom ik de laatste week zo'n enorme rugpijn heb. De volgende keer maar weer een vogelblogje, tenslotte kruipt het bloed toch waar het niet gaan kan ;-).